'Ongewone' bekroond (Awarding the unusual)

Flora Stiemer (1987)
Algemeen Dagblad, 31 October

ROTTERDAM - Prijzen, ze zijn er weer, ook op het gebied van de beeldende kunst. Werden ze in de jaren zestig en zeventig nog wel eens laatdunkend bekeken of door de uitverkorenen afgewezen omdat ze het verwerpelijke grootkapitaal vertegenwoordigden, prijzen van nu worden over het algemeen met open armen ontvangen.

Geen wonder, want een prijs kan een aardig geldbedrag opleveren. Zeker nu de beeldende kunstenaarsregeling definitief is bijgezet in het welvaartstijdperk is elke gift welkom.

Drempelprijs
De Rotterdamse Kunststichting looft al sinds de jaren vijftig de zogenoemde Drempelprijs uit, groot 10.000 gulden, die academieverlaters over de drempel naar het succes probeert te tillen. Genoegzaam bekend is echter dat talent lang niet altijd tot succes en roem hoeft te leiden en dat jury's niet altijd talent kunnen opsporen.
Er zijn dan ook maar weinig Drempelprijswinnaars die uit de anonimiteit zijn getreden. Dat neemt niet weg dat een dergelijke onderscheiding voor de jonge academiestudent zowel moreel als financieel een behoorlijke opsteker kan zijn.
Ook dit jaar deed de jury van de Rotterdamse Kunststichting de ronde op de academie-ateliers. Traditiegetrouw wordt van tevoren niet bekendgemaakt welke afdeling in de prijzen zal vallen. Dit om te voorkomen dat de jury zich in een te vroeg stadium vastpint op een bepaalde afdeling, waarvan op het moment supr?me blijkt dat er te weinig talent voorradig is. Academiestudenten hoeven zich dan ook niet druk te maken over inzendingen of voorselectie. Iedereen die op de Rotterdamse Academie studeert, kan met zijn of haar werk in de prijzen vallen.
Maar natuurlijk wisten Jeroen Beltman, Lon Godin, Henny Jongerius, Henk de Roy, Egied Simons, Ronald Vierbergen en Ellen Vomberg wel dat zij dicht bij het vuur zaten, toen zij werden aangezocht voor een expositie, die in de Rotterdamse galerie Westersingel 8 tot eind september duurt. Ellen Vomberg, de prijswinnares van 1987, wist zelfs dat 'het vermoedelijk tussen Egied en mij zou gaan', maar toch kwam de keuze voor haar grafische beelden nog als een verrassing.
De jury prees haar werk om de spanning in de vormgeving, die zij in de combinatie van grafische en ruimtelijke middelen aantrof en Vombergs vermogen het gewone tot het ongewone te verheffen, waarbij zij duidelijk een eigen visie aan de dag legt.

Driedimensionaal
In de galerie beslaat het bekroonde werk de voorruimte. Schetsen van op het eerste gezicht bouwkundige elementen, ruim voorzien van geschreven commentaar, vormen het grafisch element dat driedimensionaal wordt voorgezet in de uitwerking van de schetsen. In de hoek van de zaal zijn twee muren en een deel van de grond met schetsen bedekt, waarop amfoorvormen te zien zijn. Ervoor staan dezelfde amforen in diverse staten van voltooiing als in een bouwplaat uitgevouwen.
Ellen Vomberg: "Oorspronkelijk was het de bedoeling ruimtelijke vazen van papier te maken. Ik werd daarbij geïnspireerd door oude culturen. Maar toen een vaas af was, bleek me dat ik het creatieve proces eigenlijk veel boeiender vond dan het eindresultaat. Zodoende ben ik ontwerp-en eindfase gaan combineren."

Of het 'gewone' zo 'ongewoon' zal zijn dat het de jonge prijswinnares over de drempel zal helpen, zal de toekomst moeten uitwijzen. Nieuw is de gedachte in ieder geval niet. De conceptuele kunst bijvoorbeeld drijft op de gedachte dat het creatieve proces belangrijker is dan het eindresultaat. Maar misschien staan wij nu, na alle bezinning op juist de formele aspecten van de kunst, weer aan het begin van een herleving van de kunstzinnige idee.

Verrassend
Drie van Vombergs mededingers scharen zich overigens in de rijen van de neo-geometristen. Lon Godin maakt geometrische wandsculptuur, waarbij het accent ligt op de kleur- en schaduwwerking. Het is moeilijk in het land van De Stijl met dergelijk werk nog eer in te leggen, maar Henny Jongerius is boven de poging uitgestegen. De beschilderde cirkelvormen, die zij in verschillende patronen samenvoegde, zijn ondanks hun eenvoud optisch verrassend, ondanks de geometrische vorm speels.
Jeroen Beltman benut met zijn hoekige wandsculpturen ook de muur. Niet alleen als drager van zijn creaties, maar ook als het geometrisch element in de compositie. De muur is vlak en tegelijkertijd lijn, begrenzing èn ruimte. Krijtlijnen spelen bemiddelaar tussen wand en sculptuur.

Bekend
Twee ontwerpers, Ronald Vierbergen en Henk de Roy, zijn eveneens in de galerie vertegenwoordigd. Vierbergen is al bekend door zijn Postbus 51-televisiespot met de slogan 'Geluidshinder? Kan het niet een stukkie minder', waarin kleurige geluidsvoortbrengers als stofzuigers en stereo-apparatuur elkaar de decibellen betwisten. Henk de Roy ontwerpt foldermateriaal voor museum Boymans en onderstreept met zijn collega dat drempels voor ontwerpers momenteel minder hoog zijn.
Rest de fotografie van Egied Simons, die volgens de prijswinnares hoog bij de jury genoteerd stond. Het zijn sterk opgeblazen zwart-wit foto's van beschaduwde muren. Schuilt het interessante in de toonnuances? De wegen van de jury zijn ondoorgrondelijk, maar als gewoon en toch òngewoon als kwaliteitscriterium gehanteerd wordt, dan zou mijn voorkeur naar het werk van Jeroen Beltman uitgaan.